LOADING

De huurder betaalt niet... kan ik hem 'buiten' zetten?

Wanneer een huurder de huurprijs niet betaalt, kan de verhuurder de verbreking van de huurovereenkomst vorderen voor de Vrederechter. Dit betekent dat de huurder die huur achterstaat uit het gehuurde goed kan gezet worden. Dit lijkt logisch en dat is het ook. Het betalen van de huurprijs is immers de belangrijkste verplichting van de huurder. Indien de huurder die verplichting niet nakomt is het maar normaal dat de verhuurder hem kan dwingen de huurwoning te verlaten. Er zit echter een sociaal addertje onder het gras.
Vele huurders met een huurachterstal betalen hun huur niet omdat ze gewoonweg niet kunnen. Wanneer de verhuurder dan op zijn rechten staat en de verbreking van de huurovereenkomst vordert, kan de huurder op straat komen te staan. In vele gevallen komt dit erop neer dat een gezin met financiele moeilijkheden ook nog eens dakloos wordt.
De wetgever zag het probleem en zorgde voor een oplossing door aan de huurder die wordt uitgezet twee helpende handen aan te bieden. De eerste helpende hand kan van het OCMW komen, de tweede helpende hand is deze van de rechter.
 

Een bescherming tegen de onmiddellijke uithuiszetting

Als de rechter een vonnis heeft uitgesproken waarbij de uithuiszetting wordt bevolen, dan is er nog een minimum termijn van een maand vanaf de betekening van het vonnis voorzien waarbinnen de huurder niet kan worden uitgezet. Dit geeft de huurder de kans zich voor te bereiden op het feit dat hij de woning zal moeten verlaten.
Vijf dagen voordat de huurders effectief uit het huis kunnen gezet worden, moet de gerechtsdeurwaarder hen in ieder geval op de hoogte brengen van de juiste datum waarop ze de woning moeten verlaten.
 

De helpende hand van het OCMW

Wanneer een vordering, waarbij de uithuiszetting wordt gevraagd, aanhangig wordt gemaakt moet het OCMW worden verwittigd door de griffie van de rechtbank waar het geschil wordt aanhangig gemaakt, of door de deurwaarder.
Wanneer de huurder zich niet verzet tegen de verwittiging van het OCMW, biedt het OCMW aan de huurder aan om, "op de meest aangewezen wijze, binnen haar wettelijke opdracht, hulp te bieden".
Wat houdt dit in de praktijk in? Zal het OCMW in elk geval waar uithuiszetting wordt gevorderd ingrijpen?
Te verwachten is dat het OCMW maar effectief gaat ingrijpen indien de huurders in kwestie al bij haar bekend zijn. Als de huurders nog niet bij het OCMW bekend zijn, zal het OCMW zich beperken tot het opsturen van informatie. Zo worden de huurders op de hoogte gebracht van de mogelijkheden die het OCMW heeft om hen te helpen en kunnen ze indien nodig zelf hierop een beroep doen.
 

De helpende hand van de rechter.

In uitzonderlijke omstandigheden kan de rechter de extra termijn van een maand waarover de huurder beschikt verlengen (en onder andere omstandigheden ook inkrimpen)
De rechter zal o.a. rekening houden met de mogelijkheden van de huurder om opnieuw gehuisvest te worden, met de financiele middelen van het gezin en de "behoeften" van het gezin, in het bijzonder gedurende de winterperiode. Wat hiermee juist wordt bedoeld is onduidelijk. Het is wel duidelijk dat de wetgever de bedoeling had om te vermijden dat een gezin zomaar dakloos wordt.
 

Vooraf...

Vooraleer dergelijke procedure te beginnen is het evenwel noodzakelijk dat de huurder voor de vrederechter 'in verzoening' wordt opgeroepen.  Dit betekent dat de veruurder vraagt aan de Vrederechter de hiirder op te roepen om te verschijnen in diens kantoor.  Partijen kunnen dan samen met de Vrederechter proberen een akkoord te bereiken en het geschil zonder een procedure op te lossen

Deze website biedt u een overzicht van de dienstverlening die wij u kunnen aanbieden.
Heeft u verdere vragen of wil u wat meer uitleg, mail ons : info@vdelst.be